Nederlandse Gebarentaal

Wat zit er in een noodpakket?

Met een noodpakket bent u de eerste 72 uur na een ramp of noodsituatie goed voorbereid. Een noodpakket kunt u zelf makkelijk samenstellen. De meeste spullen heeft u waarschijnlijk al in huis.

Een noodpakket samenstellen

In een noodpakket neemt u op:

• Flessen water. Denk aan 3 liter per persoon per dag. 
• Eten dat lang houdbaar is. Denk aan noten, groente in blik en gedroogd fruit.
• Radio op batterijen en mobiel met powerbank, waarmee u op de hoogte blijft van het laatste nieuws.
• Zaklamp met extra batterijen, kaarsen en lucifers.
• EHBO-doos met gebruiksaanwijzing.
• Dekens om warm te blijven.
• Fluitje om hulpdiensten te laten weten waar je bent.
• Contant geld.
• Gereedschap, zoals hamer, zaag en kniptang.
• Desinfecterende gel, wc-papier, natte doekjes, maandverband, tandpasta en tandenborstel.
• Kopieën van identiteitsbewijzen en een lijstje met belangrijke telefoonnummers.
• Reservesleutels van huis en auto.

Persoonlijke situatie

De meeste spullen heeft u waarschijnlijk al in huis, zoals lucifers, een deken en gereedschap. 
Denk ook aan uw gezondheid, kinderen en huisdieren. Doe de volgende spullen daarom ook in uw noodpakket:

• Medicijnen.
• Babyvoeding.
• Eten en drinken voor uw huisdieren.

Bewaren en controleren

• Bewaar de spullen op een handige plek die u goed kunt bereiken. 
• Gebruik een waterdichte verpakking zoals een rugzak. Een rugzak kunt u makkelijk meenemen als u plotseling moet evacueren. 
• Controleer de noodvoorraad elk half jaar. Bekijk dan bijvoorbeeld of de producten nog houdbaar zijn. 

Kijk voor meer informatie op www.denkvooruit.nl.

Geen Stroom

Wanneer er een stroomstoring is die 72 uur of langer duurt, kan dit voor grote problemen zorgen. Telefooncentrales kunnen uitvallen, mobiele telefonie raakt mogelijk overbelast en kan binnen enkele uren uitvallen, cv-installaties werken niet meer of de druk in de waterleiding kan wegvallen.

Iedereen gebruikt veel apparaten die alleen maar werken op stroom. Zoals een koelkast. Stroom kan voor lange tijd uitvallen. Bijvoorbeeld door een cyberaanval of andere dreiging, overbelasting van het netwerk en zelfs door extreem weer. Daarom is het goed om vooruit te denken en voorbereidingen te treffen bij langdurig uitval van stroom.

Denk vooruit

• Bekijk in je eigen huishouden en omgeving wat er afhankelijk is van elektriciteit.

• Bedenk van te voren wat de problemen kunnen zijn als de stroomstoring lang duurt.

• Stel een noodpakket samen. Denk hierbij aan drinkwater, eten dat lang houdbaar is, een zaklamp, een radio op batterijen en een opgeladen powerbank (draagbare batterij om je telefoon op te laden) zodat je je mobiele telefoon kunt opladen.

Is de stroom uitgevallen?

• Bel geen 112, want het is geen acute nood. Wel kun je bellen met het nationale stroomstoringsnummer: 0800-9009.
• Heb je nog internet op je telefoon op tablet? Kijk dan op www.rijksoverheid.nl of de website van je gemeente of veiligheidsregio voor actuele informatie.
• Luister naar je regionale omroep op je radio op batterijen. Of gebruik de autoradio. Bekijk hier het overzicht van alle radiozenders.
• Haal de stekkers uit stopcontacten. Zo voorkom je schade aan apparaten op het moment dat de stroom weer terugkomt.
• Is het koud? Houd ramen en deuren gesloten, zodat de warmte binnenblijft. En verwarm en bewoon vooral de kleinste Loop langs bij buren die misschien hulp nodig hebben. Kijk of je kunt helpen met praktische zaken of een powerbank om een telefoon op te laden.

Wat doet de overheid?

• Alle Europese netbeheerders (in Nederland is dit TenneT) hebben samen regels opgesteld om de betrouwbaarheid van de elektriciteitsvoorziening te garanderen.
• Bij langdurige stroomuitval worden door de overheid noodvoorzieningen getroffen.
• Er is een Nationaal Crisisplan Elektriciteit waardoor overheidspartijen en bedrijven weten wat ze moeten doen als er een grote uitval van elektriciteit is.

Uitval telecommunicatie

In Nederland zijn we steeds meer verbonden met het internet. Heel veel zaken regelen we digitaal en het belang van digitalisering komt in steeds meer onderdelen van ons dagelijks leven terug. We maken contact door te bellen en appen via de smartphone. Via apps horen we het laatste nieuws , vinden we met routebeschrijvingen onze weg of checken we in bij het openbaar vervoer. We regelen online onze bankzaken en winkelen vanuit huis.

Zonder deze digitale mogelijkheden zou onze samenleving flink ontregeld raken. Dat maakt onze digitale systemen en telecommunicatie zo belangrijk, maar tegelijkertijd ook kwetsbaar. Met de toegenomen dreiging in Europa is het belangrijk om ons voor te bereiden op onzekere tijden. Tijden waarin ook sabotage en uitval van telecomnetwerken of de digitale infrastructuur onze samenleving hard kan raken. Je kan dan bijvoorbeeld niet meer pinnen bij de supermarkt. Zorg dat je voor minimaal 72 uur voldoende voedsel, contant geld en andere voor jou noodzakelijke producten in huis hebt.

Denk vooruit

• Bedenk van te voren welke problemen jij tegenkomt als het telecomnetwerk lang uitvalt. 
• Noteer inloggegevens van je telefonieaanbieder, internetprovider en andere  digitale diensten, zoals internetbankieren. Dit helpt bij het herstellen van je verbinding en toegang. 
• Schrijf de adres- en contactgegevens op van voor jou belangrijkste mensen en diensten op, zodat je hier ook tijdens uitval nog bij kan. Bewaar deze gegevens wel op een veilige locatie. 
• Maak offline back-ups van belangrijke bestanden op je laptop, tablet en smartphone. 
• Check jouw slimme apparaten (apparaten met een wifi-/internet-verbinding) regelmatig op software-updates en voer deze door. Zo blijven ze op hun best werken en houd je ze zo veilig mogelijk.
• Zorg dat je een noodradio hebt die je kunt opladen, opwinden of op batterijen werkt. Bij langdurige uitval van telecommunicatie werken de crisiszenders op televisie en NL-alert waarschijnlijk niet. 

Wat doet de overheid?

• Er is een Landelijk Crisisplan Digitaal waardoor overheid, bedrijven weten wat ze moeten doen als er langdurig uitval van telecommunicatie is. 
• Met wetgeving zoals de aankomende Cyberbeveiligingswet regelen we in Nederland en Europees de digitale veiligheid van onze belangrijkste sectoren en organisaties
• Door nauwe samenwerking tussen de ministeries, het Nationaal Cyber Security Centrum, het Digital Trust Center en organisaties zoals de telecom aanbieders herkennen we zo vroeg mogelijk kwetsbaarheden en pakken we die aan.
• Met campagnes als Doe Je Updates en wetgeving die de veiligheid van slimme apparaten regelt, zorgen we dat ook de digitale veiligheid bij mensen thuis zo veel mogelijk versterkt wordt.
   

Cybercriminaliteit kan grote gevolgen hebben voor je persoonlijke leven, maar ook voor de hele samenleving. Want een groot deel van ons leven speelt zich online af. Daar maken online criminelen steeds slimmer gebruik van. Online criminelen doen zich voor als iemand anders om je gegevens te stelen of om je op te lichten. Een bericht of een mail komt lijkt van iemand die je vertrouwt. Zoals een vriend, een medewerker van een winkel met een mooie aanbieding of zelfs van je bank. Door de slimme manieren van online misleiding, kan het iedereen overkomen. Ook jou.

Denk vooruit

Check de wie jou het bericht heeft gestuurd.

• Als je een link van een website krijgt die je niet vertrouwt, nooit direct klikken.
• Check eerst het e-mailadres of telefoonnummer van de afzender. 
• Je herkent een vals e-mailadres door vreemde tekens of een naam die afwijkt van een bekend e-mailadres. Of het is een heel vreemd en ongeloofwaardig e-mailadres. 
• Klopt het niet of twijfel je nog steeds? Klik weg!
• Ben je toch nieuwsgierig? Neem dan op een andere manier contact op met degene die het bericht heeft gestuurd. Bijvoorbeeld via het jou bekende telefoonnummer of e-mailadres. 
• Je kunt ook altijd de link checken, bijvoorbeeld op ScamCheck of checkjelinkje.nl.
• Meer tips vind je op laatjenietinterneppen.nl.

Bescherm je zelf

• Let altijd goed op welke informatie je online deelt en met wie. Controleer bij al je accounts je instellingen en geef nooit je inloggegevens aan anderen. 
• Deel je wachtwoord niet met anderen en gebruik voor iedere website een ander wachtwoord. 
• Gebruik een wachtwoordmanager om je wachtwoorden op te slaan en bij voorkeur een die sterke wachtwoorden kan aanmaken.
• Zorg ervoor dat je je gegevens goed beschermt. Stel waar dat kan een extra beveiligingsmaatregel in. Bijvoorbeeld inloggen in twee stappen om je accounts nog beter te beveiligen. Stel inloggen in twee stappen in voor e-mail en social media accounts. 
• Installeer altijd de beschikbare software-updates op je laptop, tablet en smartphone.
• Installeer een antivirusprogramma op je computer. Zo’n programma kan virussen, herkennen, tegenhouden en verwijderen.
• Maak regelmatig een back-up op een externe harde schijf.
• Maak alleen verbinding met vertrouwde wifinetwerken, dus niet op openbare netwerken op bijvoorbeeld stations, luchthavens en cafés.
• Bewaar geen kopieën van je paspoort of rijbewijs op je telefoon of laptop en deel geen persoonlijke gegevens of bankgegevens per mail.
• Moet je een kopie van je paspoort of identiteitsbewijs delen? Doe dit op een veilige manier. Hoe je een veilige kopie maakt dat vind je hier. 
• Gebruik een toegangscode voor je telefoon en zet de mogelijkheid ‘Vind mijn apparaat’ aan voor het geval je je telefoon, tablet of laptop verliest.

Lukt het niet?

Lukt het niet alleen? Je kan bellen met de DigiHulplijn. Zij kunnen je helpen met het instellen van inloggen in twee stappen en andere vragen. Bel de DigiHulplijn 0800 1508.

Toch slachtoffer geworden?

Ben je toch slachtoffer van cybercriminaliteit? Doe dan aangifte bij de politie via 0900-8844 of op een politiebureau. Van een aantal vormen van cybercriminaliteit kun je ook online aangifte doen.

Je kunt cybercrime ook melden op fraudehelpdesk.nl of telefonisch via 088-7867372. Ze bieden advies en ondersteuning bij de aangifte bij de politie en andere betrokken organisaties bijvoorbeeld je bank. De Fraudehelpdesk geeft informatie en advies om je te helpen voorkomen dat je (opnieuw) slachtoffer wordt van cybercrime

Wat doet de overheid?

• Politie en justitie hebben de afgelopen jaren extra geïnvesteerd in capaciteit voor een betere  aanpak van cybercrime. 
• Bevoegdheden om cybercrime op te sporen en te vervolgen worden steeds meer ingezet door politie en justitie. 
• Er wordt veel samengewerkt tussen overheids- en niet overheidsorganisaties om de digitale weerbaarheid te versterken in Nederland. 
• De vitale sector, zoals banken en zorginstellingen, moeten voldoen aan wetten en regels om hun digitale systemen goed te beveiligen.
• De ministeries van JenV, BZK en EZ voeren een meerjarige campagneprogramma om mensen weerbaarder te maken tegen cybercrime. Door deze campagnes worden de mensen bewust van cybercrime en krijgen zij handelingsperspectieven om te voorkomen dat zij slachtoffer worden. De campagnes die hieronder vallen zijn: 'Laat je niet interneppen', 'Dubbel beveiligd is dubbel zo veilig', en 'Doe je updates'.